Tags
Bocholt, brunson, Consani, Cuoq, gilbert, Ieper, Limoges, loix, Lyon, sarrazin, Seminara, snobeck, Vrolix
Actua
Het Franse kampioenschap noopt ons dit jaar er toe om te spreken in de overtreffende trap. Als het verschil tussen winnen en verliezen een tiende van een seconde is, dan kan je onmogelijk rondom grootspraak heen. Jean-Marie Cuoq maakt van het jaar 2012 een wel heel erg kleurrijk jaar. Winst is echter zijn deel nog niet.
In Le Touquet kregen we al een hevige strijd die pas op het einde werd uitgevochten en ook in Lyon – Charbonnières werden de bloemen pas aan de meet uitgedeeld. Manche drie in Frankrijk, in vleesstreek Limoges, was niet anders.Na Lyon – Charbo leek Stéphane Sarrazin zich op te werpen tot dé favoriet in Limoges. De Peugeotrijder klokte er fantastische tijden maar verspeelde vroeg in de wedstrijd zijn winstkansen op de overwinning. Gelukkig, Sarrazins fout maakte er een open strijd van, maar de snelste van allen was hij. Het was echter Jean-Marie Cuoq die na twee tweede plaatsen, twee onfortuinlijke tweede plaatsen, fel van leer trok in de openingsfase van de 46ste Rallye Région Limousin Lac de Vassivière. Sarrazin volgde in het spoor. Dany Snobeck en Eric Brunson, de twee kemphanen die Cuoq al elk een keertje verschalkten eerder dit seizoen, lieten een gaatje maar leken elkaar wel warm te houden. Leken, want Brunson moest al snel opgeven. De blitzstart dit seizoen lijkt al veraf. Ook Snobeck zag het einde van dag 1 niet meer. De veteraan van vele oorlogen schoof naast de weg. Het is ‘crashen’ of winnen dit jaar voor Snobeck.
Inmiddels was ook Cuoq achteruit geslagen. De 44-jarige Fordrijder reed lek op proef 3 en verloor ongeveer een minuut. Bryan Bouffier stond plots op P2 en ook Freddy Loix proefde even van het hoofdpodium. Beide Peugeotrijders beleefden weer veel plezier aan elkaar, met een Cédric Robert die nooit veraf was. Cuoq was echter niet zinnens om zich neer te leggen bij die situatie en klokte de ene besttijd na de andere om op het eind van dag 1 opnieuw binnen de 40 seconden te zitten van Sarrazin. Freddy Loix had dan al te horen gekregen dat hij een minuut straftijd aan zijn been had, door het opwarmen van de banden tijdens de verbindingsrit. Een strenge straf voor een noodzakelijk kleinood. Loix viel terug naar plaats acht.Ook op dag twee toonde Cuoq duidelijk dat hij de snelste was. Hij dichtte de kloof met Sarrazin in drie ritten en stond bij het ingaan van de laatste lus op amper 2 seconden. Een wakkergeschoten Sarrazin (en een Sarrazin op goede banden) klokte nog een besttijd, de man uit de Ardeche deed beter met twee scratches maar die volstonden niet om over Sarrazin te wippen. Het verschil: 1 tiende van een seconde. Pech blijft Cuoq achtervolgen, maar hij kan zich optrekken aan de tussenstand van het Franse kampioenschap waarin hij ruim aan de leiding gaat, vóór Freddy Loix die nog terugbikkelde tot de zesde stek, en derde in S2000.
Drie manches, drie spannende wedstrijden, drie verschillende winnaars en de mogelijkheid, gezien de prestatie van Cuoq, dat er nog wel een naampje aan dat rijtje zal toegevoegd worden. Je zou voor minder lyrisch worden.
Arzeno ijzersterk
En mocht de spanning zich beperken tot de voorste gelederen dan zou je die overtreffende trap kunnen weglaten, maar ook daarachter was er weerom heel wat moois te zien, vooral bij de DS3’s. Mathieu Arzeno reed een ijzersterke wedstrijd waarin hij van start tot finish (behalve na kp2 toen Stéphane Consani heel even de leiding nam, maar dan het decor in dook) de Citroën-armada achter zich hield. Arzeno plukt de vruchten van zijn IRC-ervaring, dat zie je zo. Arzeno met de Belgische bijrijder Renaud Jamoul zag een puike wedstrijd zelfs bekroond met een fantastische tiende plaats algemeen.
Freewheelen kon Arzeno echter niet want Paul-Antoine Santoni bleef in de buurt en was amper een half minuutje trager dan Arzeno. Zonder een makke start had Santoni zelfs dichter kunnen eindigen en eigenlijk kan hetzelfde gezegd worden van Quentin Gilbert die na zijn late crash in Le Touquet zijn schroefjes in dat pientere koppie lijkt te hebben vastgevezen. Denken dat je het dan gehad met snelle mannen is ronduit fout want ook Jean-Seb Vigion, Andrea Crugnola en Keith Cunin nestelden zich vaak bovenaan te tijdstabellen.
Daarachter, net naast het podium, zorgde Cédric Cherain voor een onverhoopt resultaat met een vierde stek, op een half minuutje van Gilbert. Dat is strak, zondermeer. Ook Kevin Demaerschalk had rond die plaats kunnen eindigen maar de RACB-piloot blijft inconsistent. Demaerschalk eindigde op de dertigste stek, na een nog fraaie remonte.
Wie wel de lijn mooi kan doortrekken is Melissa Debackere, echter in negatieve zin. Debackere kon op bijna geen enkele proef een andere DS3 achter haar houden en eindigde dan ook als laatste DS3, als 35ste, op dik elf minuten van Arzeno. Opnieuw kon Debackere niet echt een stijgende progressiecurve voorleggen. Zien of de Wervikse zich meer in haar sas zal voelen op West-Vlaamse wegen. Ik mis die snelle Melissa in die smijtbare Corolla!
Ook nog opmerkelijk: exact een jaar geleden nog in een gracht in Bocholt, dit jaar op Franse terrein: Lloyd Seminara en Jean-Louis Hottelet. De heren eindigden in hun kleine Twingo RS op de 39ste plaats (ja, dat is inderdaad in de buurt van Debackere) en vijfde in hun klasse (ja, de winnaars zaten dus stevig voor Debackere). Niet kwaad! Ooo, en dan vergeet ik nog bijna de prestatie van Kris Princen die opnieuw snelste Renault was op de wegen rond Limoges.Tragisch
U zult wel denken: moet er niets geschreven worden over de net vernoemde Sezoensrally? Wel over de sportieve zaak denk ik dat er niet veel moet gezegd worden. Dat is bijzaak gezien het tragische ongeval van het nummer 82 en het menselijke drama. Veel sterkte aan de familie en kennissen van Roel Vrolix en Stef Winters, en aan de organisatie. Soms is het gewoon beter om te zwijgen.